Bestuurlijke en financiële hoofdlijnen
De bestuursrapportage (burap) brengt in beeld of Zaanstad op weg is om de doelen te bereiken die het college en de raad hebben opgenomen in de begroting. De burap 2017 laat zien dat Zaanstad goed op koers ligt. Zaanstad heeft nu een stabiele financiële situatie. Dit leidt er toe dat Zaanstad, in ieder geval financiën gezien, niet continu hoeft te reageren op externe ontwikkelingen. Wel ziet het college dat externe ontwikkelingen en de complexiteit van transformaties, op onderdelen vragen om versnelling of intensivering van de inzet.
De belangrijkste ontwikkelingen voor 2017 zijn:
- een tekort op de BUIG/Wmo/Jeugd (programma 1 en 2) van ongeveer € 6,7 miljoen,
- conform de afgesproken werkwijze onttrekken wij middelen aan de Algemene Reserve Sociaal (bijna € 5,7 miljoen) om het tekort op programma 1 en 2 op te vangen,
- een meevaller in de algemene uitkering van per saldo € 2,6 miljoen,
- een meevaller in de bijstelling van de kapitaallasten van ruim € 1 miljoen,
- extra OZB inkomsten van bijna € 1 miljoen,
- lagere rentelasten voor ongeveer € 0,6 miljoen en
- het achterblijven van de woningbouwproductie waardoor de opbrengsten voor de bouwleges met € 0,4 miljoen naar beneden moet worden bijgesteld.
Ontwikkelingen 2017
Een punt van aandacht zijn de uitgaven voor de BUIG en de specialistische zorg voor Wmo en jeugd. De verwachting is dat de uitgaven dit jaar ongeveer € 6,7 miljoen hoger uitvallen dan begroot. De belangrijkste redenen hiervoor zijn:
- De ontwikkeling van het macrobudget BUIG en de aantallen bijstandsgerechtigden leiden tot een daling van inkomsten. Wel komt de gemeente Zaanstad op basis van de voorlopige cijfers in aanmerking voor een zogenaamde Vangnet uitkering. In de Kadernota 2018 is een verstevigde aanpak gepresenteerd om het tekort op de Buig terug te dringen. Dit jaar starten we al met de uitvoering daarvan.
- De tweedelijns zorg voor jeugd, de “Jeugd Met Beperking (voorheen AWBZ)” en “Jeugdopvoedhulp” verwacht een overschrijding. De belangrijkste verklaring hiervoor is een toenemende instroom en meer verwijzingen door de jeugdteams naar specialistische zorg.
- Bij de begeleiding en huishoudelijke hulp is de trend dat mensen langer zelfstandig thuis blijven wonen. Hierdoor neemt het aantal kwetsbare thuiswonende ouderen toe en de zorgbehoefte van thuiswonende ouderen wordt zwaarder. Dit resulteert in een stijgende lijn in de aanspraak die op begeleiding en huishoudelijk hulp wordt gedaan.
Voor 2017 kan conform de afgesproken werkwijze € 5,7 miljoen uit de Algemene Reserve Sociaal onttrokken worden. Daarna is deze reserve echter uitgeput maar worden nog wel tekorten voor de komende jaren verwacht. Het is dus wenselijk om deze reserve aan te vullen. Dit is een landelijke ontwikkeling die zeker niet alleen voor de gemeente Zaanstad geldt. Ook landelijk wordt onderzoek gedaan naar de oorzaken en mogelijke oplossingen.
De aanpak blijft erop gericht om het beroep op specialistische zorg op termijn terug te dringen via onder meer preventie.
Een belangrijke spil in het realiseren van de doelstellingen van het programma Jeugd en zorg zijn de Sociaal Wijkteams en Jeugdteams. In het voorjaar is een brede evaluatie gestart om te kijken wat er goed gaat en wat er beter kan. Ook is er een cliënt ervaringsonderzoek gehouden. De resultaten van zowel de evaluatie als het onderzoek worden voor de zomer met de raad gedeeld. Na de zomer vindt besluitvorming plaats.
Met een economische groei van 3,3% deelt Zaanstad mee in de groei van de Nederlandse economie. Dit is onder meer te zien in een stijging van het aantal banen, de stijging van het aantal hotelovernachtingen en de vermindering van de kantoorleegstand. Door een verhoogde inzet helpen we dit jaar meer mensen weer aan het werk, of bij hun eerste stap op weg naar werk. Tegelijkertijd profiteert niet iedereen van de groei, want we zien dat het aantal mensen dat uit de bijstand aan het werk gaat achter blijft bij de verwachting.
Er wordt in 2017 gewerkt aan de uitbreiding van maatschappelijke voorzieningen zoals het Cultuurcluster en Zwembad de Crommenije. Verder ondersteunen en stimuleren we vrijwilligers met verschillende regelingen en breiden we de activiteiten vanuit de Onderwijsagenda uit.
Hiernaast zijn de eerste activiteiten vanuit het Actieplan Poelenburg en Peldersveld gestart en werken we aan een grotere betrokkenheid vanuit de buurt.
Per 1 januari is het MAAK.team van start gegaan en is in drie focusgebieden een begin gemaakt met de start van een gebiedsperspectief. In samenspraak met de raad wordt invulling gegeven aan nieuwe vormen van participatie. Voor het opstellen van gebiedsperspectieven in het kader van MAAK.Zaanstad wordt het digitale participatie instrument ‘praat mee Zaanstad’ ingezet om bewoners, ondernemers en andere belanghebbenden te stimuleren actief mee te praten en te denken over het gebied waar ze wonen en werken.
De woonlasten in de gemeente Zaanstad blijven in 2017 stabiel. In enkele andere gemeenten zullen de woonlasten naar verwachting dalen. Hierdoor zal gemeente Zaanstad een hogere positie op de ranglijst woonlasten grote gemeenten houden. Wat hier ook mee te maken heeft is dat een aantal gemeenten het afgelopen jaar precariobelasting heeft ingevoerd op ondergrondse kabels en leidingen. Huishoudens betalen, via het drinkwaterbedrijf en beheerder van het energienetwerk, dan indirect “belasting”. Het heffen van deze vorm van precario wordt door het rijk afgeraden en wordt in de toekomst verboden.
Financiële analyse
De burap laat een verwacht voordeel zien van € 3,9 miljoen. De ontwikkelingen die dit resultaat veroorzaken zijn:
Tabel 1 | x 1.000 |
Naam | Bedrag |
Bijstelling BUIG/Wmo/Jeugd (programma 1 +3,4 mln. + programma 2 + 3,3 mln.) | 6.738 |
Onttrekken restant ARS | -5.689 |
Algemene uitkering (zie tabel 2) | -2.653 |
Bijstelling kapitaallasten | -1.045 |
Ondermijning (pre prioritair) | 367 |
Hogere baten erfpacht Hoogtij | -304 |
Plan van aanpak Poelenburg en Peldersveld | 290 |
Bijstelling dekking bedrijfsmiddelen | 290 |
Tijdelijke huisvesting IHP | 578 |
Subsidie ESF werkgelegenheidsprojecten voorgaande jaren | -660 |
Bijstelling opbrengsten bouwleges | 400 |
Lagere rentelasten | -603 |
Vervoerregio Amsterdam | -910 |
Extra OZB opbrengst woningen en niet woningen | -975 |
Saldo overige mutaties | 247 |
Totaal | -3.929 |
In de september-, december- en meicirculaire van het gemeentefonds is de gemeente door het ministerie van Financiën geïnformeerd over de omvang en de verdeling van de algemene uitkering, de integratie-uitkering Sociaal Domein en de decentralisatie- en (overige) integratie-uitkeringen voor het jaar 2016, 2017 en de volgende jaren.
Tabel 2 | x 1.000 |
Naam | Bedrag |
Effect 2017 september circulaire 2016 gemeentefonds | -59 |
Effect 2017 december circulaire 2016 gemeentefonds | -1.033 |
Effect 2017 mei circulaire gemeentefonds | -1.561 |
Totaal | -2.653 |
Investeringen
Bij de Kadernota 2018 zijn alle vervangingsinvesteringen voor de komende 10 jaar in kaart gebracht. Daarbij zijn de investeringsvolumes bijgesteld en zijn de bijbehorende kapitaallasten in het financieel meerjarenbeeld opgenomen. Ook voor het jaar 2017 zijn de investeringsvolumes aangepast. De bijbehorende kapitaallasten zijn in de Kadernota 2018 in het financiële beeld opgenomen, met uitzondering van een nieuw opgenomen investering voor ICT jeugdteams. Per saldo leiden de bijstellingen verhoging van het investeringsvolume 2017 met € 3,7 miljoen. Dit heeft grofweg 3 oorzaken:
- budgetten die in 2016 (nog) niet zijn uitgegeven, zijn toegevoegd aan het investeringsvolume 2017. De investeringen zijn veelal vertraagd door verschillende oorzaken, maar nog altijd nodig en vinden dus een jaar later plaats. Het gaat in totaal om een bedrag van ruim € 7 miljoen, dat overgeheveld wordt van 2016 naar 2017.
- om eenzelfde reden kunnen begrote investeringen 2017 verschuiven naar 2018, waardoor de uitgaven in 2017 dalen. In totaal gaat het om een bedrag van ruim € 14 miljoen.
- De ophoging van het volume met een kleine € 11 miljoen, voornamelijk bestaande uit:
+ een technische correctie van € 6,6 miljoen omdat de uitgaven voor zwembad Noord per abuis geheel waren gerubriceerd onder het Investeringsfonds, terwijl ze in het meerjareninvesteringsfonds (MIP) thuishoren.
+ de kosten voor de projecten Kogerveld-Zuid, Fietspaden Omzoom en Landelijke projecten (€ 0,9 miljoen).
+ een verhoging van investeringen bij diverse gemeentelijke panden, zoals WKO in het stadhuis, gymnastieklokalen, sporthallen en het Zaantheater en installaties zoals noodstroomvoorzieningen en beveiligingsinstallaties (€ 3 miljoen)
+ toevoeging van een investering van € 0,3 miljoen voor de ICT jeugdteams, die bij de Kadernota nog niet in beeld was.
Nog te verwachten ontwikkelingen die mogelijk effect in 2017 hebben
De bouwvergunning voor Bruins Holding zal mogelijk nog in 2017 afgegeven worden. In dat geval kunnen de gereserveerde ontvangen subsidiebedragen Zuidelijke randweg voor ongeveer € 1 miljoen vrijvallen. Dit omdat dan zeker gesteld is dat deze subsidie niet terugbetaald behoeft te worden.
Per 1 januari 2016 is de ‘wet modernisering VPB-plicht overheidsondernemingen’ ingevoerd. Als gevolg van deze wetswijziging zijn per 1 januari 2016 ook Houdstermaatschappijen belastingplichtig geworden voor de vennootschapsbelasting over al hun inkomsten en vermogenswinsten. Mogelijk wordt de houdstermaatschappij EZW vpb-plichtig. In het meest pessimistische scenario kan deze ontwikkeling een nadeel van ongeveer € 0,5 miljoen betekenen voor 2017. Momenteel wordt hierover overleg gevoerd met adviseurs en de belastingdienst.
Voor het project Spoorse Doorsnijdingen vindt intensief overleg plaats met het ministerie van Infrastructuur en Milieu. Omdat een gedeelte van het project niet uitgevoerd gaat worden moet een bedrag terug-betaald worden aan het ministerie. Aan dit bedrag is in het verleden ook rente toegevoegd. Naar verwachting kan deze rentetoevoeging voor een bedrag van ongeveer € 1,1 miljoen bij de najaarsrapportage (Narap) vrijvallen omdat deze niet aan het ministerie hoeft te worden betaald.
Voornemen resultaatbestemming
Het voornemen is om van het bij de burap gemelde resultaat van de vervoerregio een bedrag van € 0,85 miljoen te reserveren voor regionale (wonen en economie) ontwikkelingen zoals tot nu toe ook met de Stadsregio is besproken.
Verder is het voornemen om van het verwachte voordeel, zoals gemeld in de Burap 2017, een bedrag van € 3,08 miljoen toe te voegen aan de ARS (algemene reserve sociaal) om toekomstige tekorten in het sociaal domein (gedeeltelijk) op te kunnen vangen.